Vorming voor elke dag Ds. A.S. Middelkoop
-
- Religie en spiritualiteit
-
De Vorming voor elke dag podcast. Goud uit het verleden. Gemunt voor vandaag.
-
Ds. W.L. Tukker: Abrahams’ offer (3)
„Abraham legde het hout op Izaäk en nam zelf het vuur en het mes in zijn hand. En zij beiden gingen te zamen." Abraham zegt niets. Geloof in al zijn zwaarte, in al zijn worsteling, wil alleen doorworsteld worden. Geloof is doorgaans meer een zaak van het hart dan van de mond.
-
Keurmeesters
In de middeleeuwen had je allerhande gildes. Bakkers, timmermannen en smeden verenigden zich in afzonderlijke belangenorganisaties die men gildes noemde. Binnen zo’n gilde leidde men volgens gezamenlijke overtuigingen jonge medewerkers op tot vakmannen. Zo stond men samen voor dezelfde zaak, het voortbestaan van een specifiek vak.
-
Als ik maar weet
Als ik maar weet, dat hier mijn weg,
Door U, Heer, wordt bereid;
En dat die weg, hoe moeilijk ook,
Mij nader tot U leidt.
Nader tot U, nader tot U,
Nader mijn Heiland tot U;
Als ik maar weet, dat alles hier,
Mij nader brengt tot U. -
Leven met verlies
We lijden verliezen aan het leven en aan de dood. Job leed verlies op verlies. Hij verloor zijn bezit, status en kinderen. In dit alles spreekt Job geen kwaad van God. De Heere heeft gegeven, Hij heeft genomen, de Naam van de Heere zij geloofd (Job 1).
-
Abrahams’ offer (2)
„Neem uw zoon en offer hem aldaar op één der bergen, die Ik u zeggen zal". Offeren! Mijn zoon offeren. Een mensenoffer? O zeker, het is de mens, elk mens, gezet eens te sterven. Elk mens. Dat is sinds de zondeval zo. Dat moet elk mens. Maar een mensenoffer. Zelf zijn zoon offeren. Dat is toch nooit gehoord? Ja zo is dat bij de heidenen rondom. Maar wil God dat? Ds. W.L. Tukker legt in het Gereformeerd Weekblad van augustus 1977 deze geschiedenis uit.
-
Abrahams’ offer (1)
‘En het geschiedde na deze dingen, dat God Abraham verzocht, en Hij zeide tot hem: Abraham! En hij zeide: Zie hier ben ik. En Hij zeide: Neemt nu uwen zoon, uw enige, dien gij liefhebt. Isaac, en ga henen naar het land Moria, en offer hem aldaar tot een brandoffer, op één van de bergen, dien Ik u zeggen zal. (Gen. 22: 1-2). Ds. W.L. Tukker legt in het Gereformeerd Weekblad van augustus 1977 deze geschiedenis uit.